Meijer Jacobson is geboren op 11 mei 1850 in Wagenborgen gem. Termunten als enige zoon van de 4 kinderen van Jacob Jacobson (Vlagtwedde, 5 november 1814 – Vlagtwedde, 13 december 1858) en Berndina Meijers Dörnburg (Esens Hannover, Duitsland, 1814 – Bourtange gem. Vlagtwedde, 27 augustus 1883). Jacob en Berndina krijgen op 21 december 1848 in Woldendorp gem. Termunten een dochtertje dat zij Sophia noemen. Dit kindje wordt slechts 3 maanden oud en overlijdt op 29 maart 1849. Wanneer zij op 8 maart 1853 weer een dochtertje krijgen noemen zij dit kindje eveneens Sophia. Tot slot krijgen zij nog een dochter die zij Stientje noemen (Wagenborgen gem. Termunten, 31 aug 1856 – Vlagtwedde, 29 december 1899).
Meijer wordt koopman en trouwt op 9 februari 1901 met Roossien Mozes, geboren 2 maart 1861 te Ommelanderwijk gem. Veendam. Roossien is de dochter van koopman Samson Mozes (Windeweer gem. Hoogezand, 05 september 1831 – Nieuwe Pekela,12 oktober 1867) en Harmanna van Praag (Meppel, 24 mei 1838 – Nieuwe Pekela, 12 november 1918). Roossien is één van de 7 kinderen die dit echtpaar krijgt. Haar vader overlijdt echter al op jonge leeftijd (36) en haar moeder hertrouwt daarna met Haijo de Levie met wie zij nog eens 7 kinderen krijgt waarvan één levenloos geboren wordt.
Terwijl Meijer zich bezig houdt met de veehandel trekt zijn vrouw Roossien rond met de hondenkar en brengt allerhande artikelen en prullaria aan de man. Op een dag gaat het mis als de honden in gevecht gaan en de kar over de kop slaat en in een sloot terecht komt. Alle handelswaar wordt hierdoor onbruikbaar. Gelukkig wordt er in het dorp een spontane inzamelingsactie gehouden om Roossien weer met de kar op pad te helpen.
Meijer en Roossien krijgen 2 dochters.
Dochter Harmanna wordt geboren op 2 april 1902 in Bourtange. Zij trouwt op 5 juni 1930 in Zwolle met Elias Zilverberg (Zwolle, 21 juni 1902 – ?). Harmanna en Elias krijgen 2 dochtertjes. Het gezin woont op het Klein Grachtje 8a in Zwolle. Harmanna overlijdt op 10 oktober 1941 in haar eigen woonplaats. Haar man en kinderen overleven de Shoah.
Jongste dochter Bertha wordt geboren op 25 jan 1904 in Bourtange. Zij trouwt op 17 maart 1926 met de manufacturier Mozes Levie geboren 19 augustus 1900 te Slochteren. Mozes en Bertha krijgen kinderen waarvan een aantal al op zeer jonge leeftijd overlijdt. Dochtertje Roza wordt slechts 1 jaar oud en overlijdt op 23-11-1927. Zoontje Julius overlijdt al na 6 maanden op 25-05-1928. Een volgend meisje wordt ook Roza genoemd maar overlijdt 7 maanden na de geboorte op 23-05-1935. Florentine geboren Vlagtwedde, 16-02-1937 en Anna, geboren Slochteren, 09-06-1933. Het gezin woont in de behuizing C 175, Bourtange. Mozes wordt vermoord in Midden-Europa op 31 maart 1944. Bertha en de kinderen worden vermoord op 3 december 1942 in Auschwitz.
Meijer valt de twijfelachtige eer ten beurt om de oudste inwoner van Bourtange te zijn die op transport gezet wordt. Op 9 maart 1943 komt hij samen met zijn vrouw Roossien aan in Westerbork, op 17 maart 1943 zijn ze op transport gezet naar Sobibor waar ze op 20 maart 1943 vermoord worden. Beiden staan op het Joods Monument in Bourtange waarbij de voornaam van Meijer verkeerd gespeld is als Meier. Zijn geboorteakte geeft echter duidelijk aan dat dit Meijer moet zijn.
Bronnen:
Arolsen Archives
Groninger Archieven
Nieuwe Veendammer Courant
Nieuwsblad van het Noorden
Illustraties
Aline Pennewaard
Arolsen Archives
Nieuwe Veendammer Courant
Gepubliceerd:
04-11-2020